Bergen en meren trekken geluidloos onder mij voorbij. Sneeuw en zand, rivieren en rotsen, als een langzame film die alle aspecten van de natuur even aandoet. Ik hang als een kleine toeschouwer in een papieren vliegtuigje boven de wereld die draait en luister naar Franse chansons terwijl ik de gebeurtenissen van de afgelopen weken in mijn hoofd afspeel.
Het was alsof ik thuis kwam na een lange reis.
De grond van de woonkamer is bezaaid met ballen in allerlei maten en gewichten om mee te leren jongleren. Aan de muur boven mijn bed –de bank- hangt een lelijk schilderij. Mijn tas staat in een hoek. Z. en ik zitten op de grond en eten kinua uit een grote pan met houten lepels, terwijl we giechelen en herinneringen ophalen aan tijden die we niet samen hebben doorgebracht maar beiden herinneren. Af en toe moet ik opstaan en rondrennen, ballen in de lucht gooien, heel hard muziek luisteren en gillen en ronddansen terwijl hij zich afvraagt wat hij nou weer in huis heeft gehaald. Dan gaan we fietsen, of lopen, en zie ik San Francisco door de ogen van een van haar inwoners.
Deze stad vol vrijheid sprak me meteen aan met haar open gekheid. In de Mission, waar zelfs op de winkelramen wordt aangegeven dat de eigenaars écht wel homo zijn, vinden we de beste chocola van de wereld. Gekleurde vlaggen hangen uit en er is een winkel genaamd ‘Don’t let your mother know…’ . Later, op Twin Peaks, geen uitzicht, want het mist –zoals altijd. Bij Blue Bottle Coffee, in een garage in een zijweggetje waar de rij tot aan de andere kant van de straat reikt, drink ik San Franciscos beste koffie. Daarnaast een winkel met allerlei vreemde korsetten, pruiken, hoeden, en prachtige kettingen waarvan ik later bovenop een beklommen berg de allermooiste in een doosje krijg. Ik weet niet wat ik moet zeggen.
In Chinatown gaan we op bezoek bij Unkle Ji, een hilarische oude Chinees die Z. –die hij zijn zoon noemt- vraagt where the hell he has been en mij omarmt, zoent, en welkom heet in de familie. Dan krijst hij ‘dit is geen theewinkel, dit is een BAR! Zitten!’ en zet mij een beetje verdwaasd op een krukje aan de lage bar naast enkele andere van de straat geplukte karakters. Naast mij wordt een meisje op haar handen getikt omdat ze koffie drinkt en ik besluit wijselijk mijn mond te houden. Thee na thee na thee, rozen, jasmijn, rozemarijn, kung fu. ‘Dit is een heel speciale thee’, zegt Unkle Ji met een stoute twinkeling in zijn ogen. ‘Hiervoor moet je al je kleren uittrekken en wollen sokken aandoen terwijl je voor het vuur zit. Of als je geen vuur hebt, de oven. Het is goed voor je bloedsomloop, zonder caffeïne, maar met genoeg energie om nog… dingen te doen voor je gaat slapen.’ Ik moet zo hard lachen dat ik me verslik in mijn thee. ‘We’re in San Francisco, and this is called ‘Horny Tea’ ‘, zegt hij. ‘Met wollen sokken,’ voeg ik toe. ‘Ja,’ gilt hij ‘want die vloeren hier zijn zo verrekte koud!’
De dagen, die voelen als frisse lentemorgens in Nederland, vliegen voorbij, gevuld met gesprekken, eten, drinken en vooral veel huisgebakken koekjes en brownies. En opeens is het de avond voordat ik wegga en na een afscheidfeestje met zeven anderen en heel veel eten proberen we te bedenken wat we nu eigenlijk hebben gedaan behalve dan Heel Erg Veel Gepraat.
En nu dan weer verder, over bergen, meren, sneeuw, zand, rotsen en rivieren, Canada in. ‘Canada in Januari?’ vroeg J. ‘Daar heb je blijkbaar vréselijk goed over nagedacht.’ Nee. ‘Je moet je vrienden wel erg graag willen zien.’ Ja.
Op het vliegveld blijk ik alweer uitverkoren te zijn voor de bomtest. Ik word uit de rij gehaald, en moet in een machine gaan staan die me zonder verdere moeite naar Canada zal transporteren, dat moet wel, want het lijkt precies op een transportatieportaal van Star Trek. Het licht dimt. Er wordt gesprayd. Een onzichtbare mevrouw zegt dat ik moet wachten op het groene licht. Doodse stilte. Zou het goed gaan? Zou dit mij tien uur vliegtijd besparen? Ik voel mijn moleculen door de ruimte vliegen, dank Amerika voor haar Geweldige Uitvindingen, vraag me af of ik wel heelhuids aan zal komen en dan..
De deuren gaan open. Ik ben nog steeds in Amerika. Verbaasd en teleurgesteld vraag ik de man die zich een weg worstelt door mijn nieuwe verzameling boeken, Chinese- en jongleerballen, elektronica , schoenen met reisaroma en collectie tandeborstels wat er mis is gegaan. Ze werken eraan.
zondag 11 januari 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Wow Renate, wat weer een fantastisch verhaal, bedankt en schrijf gerust meer!!! Enne, schrijfster hoef je niet te worden, dat ben je al.
ik zie het allemaal al helemaal voor me gebeuren. Lijkt me best cool zo'n vliegmachine, die je in 1 sec. op je plek van bestemming brengt. Heerlijk fantaseren...
Groetjes
Janine
Een reactie posten